Als u overweegt een paard te kopen, is het verstandig om deze klinisch te laten keuren. Een klinische keuring omvat een onderzoek van het hele lichaam; onder andere inspectie van het hoofd, luisteren naar hart en longen, het onderzoeken van de hals en rug, een uitgebreid kreupelheidsonderzoek en eventueel aangevuld met een bloedonderzoek.
Hoe ziet een klinische keuring eruit?
Bij een klinische keuring wordt er gekeken of het paard op dat moment gezond is. Het is altijd een moment opname. De keuring voeren we volgens een vast protocol uit.
De dierenarts luistert onder andere naar longen en hart, en ogen en gebit worden nagekeken. Spieren en pezen worden afgevoeld en de dierenarts kijkt hoe het paard loopt. Dit noemen we monsteren. Onder delen van het monsteren zijn het stappen, draven en galopperen op de zachte volte, het stappen en draven op de harde volte, het stappen en draven op een rechte lijn op de harde bodem en de buigproeven.
Verder bekijkt de dierenarts of er nog bijzonderheden opvallen en vraagt hij of zij naar de geschiedenis van het paard.
Alle bevindingen die de dierenarts doet schrijft hij of zij op het keuringsformulier. Het keuringsformulier wordt na afloop ondertekend door de dierenarts en door de opdrachtgever, dit kan zowel de koper als verkoper zijn.
Niet goed keuren en niet afkeuren
Een dierenarts keurt nooit een paard goed of af. De dierenarts kijkt of het paard op dat moment fit genoeg is om te voldoen aan het gebruiksdoel van de koper. De dierenarts vergaard zoveel mogelijk informatie over de gezondheidstoestand van het paard en beoordeelt het paard zelf. Hieruit bepaalt de koper zelf of hij het paard wel of niet wil kopen. De dierenarts kan hier in adviseren. De toekomst voorspellen is nooit mogelijk, het keuren is en blijft een momentopname.
Locatie keuring
De klinische keuring kan bij u op stal plaats vinden. De locatie moet echter wel aan een aantal eisen voldoen om een goede klinische keuring uit te kunnen voeren. Zo moet er een bak, paddock of longeer cirkel aanwezig zijn met een goede bodem waar het paard een voldoende ruime volte (minimaal 15 meter doorsnee) kan stappen, draven en galopperen.
Verder moet er op het terrein een recht hard pad aanwezig zijn van minimaal 30 meter lang waarop we het paard op de harde rechte lijn kunnen beoordelen. Ook moeten we hier de buigproeven uit kunnen voeren.
Ook moet er een plek zijn waar het paard op de harde volte kan draven. Hier moet het paard een volte kunnen draven van 15 meter doorsnede. Ook hier is het belangrijk dat de bodem vlak is. Een harde volte en een harde rechte lijn kunnen op stelconplaten, klinkers, asfalt etc gedaan worden. Het is hierbij wel belangrijk dat het vlak is en er geen kuilen etc zijn waardoor het paard kan struikelen.
Verder is het belangrijk dat er droog gestaan kan worden voor het beoordelen van ogen, gebit etc. Om een klinische keuring op locatie te kunnen uitvoeren is het van belang dat de dierenarts de ogen van het paard kan bekijken in een donkere ruimte. Denk hierbij aan een stal of gangpad waar het mogelijk is om donker te maken, zodat de dierenarts de ogen goed kan beoordelen.
Verder moet het rustig zijn in dat deel van stal zodat we hart en longen goed kunnen beluisteren.